 |
| |
| MEE & de Wering-consulenten houden vinger stevig aan de pols |
De onafhankelijke cliëntondersteuners van MEE & de Wering én hun samenwerkingspartners zijn sinds het begin van de coronacrisis met man en macht in touw om de cliënten volop te blijven ondersteunen. Ze merken dat de cliënten het zwaar hebben en zoeken naar nieuwe oplossingen.
Nu de maatregelen tegen de uitbreiding van het coronavirus langzaamaan versoepeld worden, wordt het leven voor de meesten van ons weer wat normaler. Voor moeilijk lerende mensen of mensen met autisme of niet-aangeboren hersenletsel blijft ‘het nieuwe normaal’ echter moeilijk. Ze begrijpen de noodzaak van afstand houden en beperkte contacten wel, maar vinden het lastig om hun leven op een andere manier in te richten. MEE & de Wering-consulente Thea Jansen zet samen met haar collega’s alle zeilen bij om deze inwoners van Haarlem hierbij te helpen.
Fysieke afspraak
Het bieden van intensievere ondersteuning is hard nodig, vertelt Thea Jansen: “We zagen bij veel cliënten dat ze het al heel snel zwaar kregen. Dit zijn vaak mensen die vaak niet zulke grote sociale netwerken hebben, en als de dagbesteding of de sportclub dan wegvalt, zakken ze soms weg.” In het begin van de coronacrisis, toen de consulenten het contact alleen via telefoon en videobellen onderhielden, merkten zij dat dat cliënten het alleen niet goed redden. Eenzaamheid en er ‘niet uit kunnen komen’ dreigden de overhand te nemen. Intensievere hulp was nodig, zagen de consulenten. Om deze cliënten goed te kunnen ondersteunen, heeft een aantal locaties van MEE & de Wering de deuren al snel weer geopend. Vanaf begin mei was het voor sommige cliënten al mogelijk om een fysieke afspraak met hun ondersteunende consulent te maken - met natuurlijk de nodige veiligheidsmaatregelen.
Netwerken
Ook de samenwerking met de wijkteams en het sociale netwerk van de cliënt is toegenomen. De cliëntondersteuners zoeken naar mogelijkheden die er nu zijn om de sociale omgeving bij de cliënt te betrekken, en als dat minder goed lukt, zoeken ze meer ondersteuning bij buurt- of vrijwilligersorganisaties. “En dat is nou precies waar wij héél goed in zijn”, aldus Thea Jansen. “We hebben veel ervaring met mensen die moeilijk lerend zijn of niet-aangeboren hersenletsel of autisme hebben, en zien dus snel waar zij behoefte aan hebben. Wij herkennen de vraag achter de vraag. Vaak is dat op dit moment de eenzaamheid die te groot wordt. Daarnaast hebben wij veel kennis over waar en hoe ze hulp daarbij kunnen vinden, omdat wij de netwerken hebben. We helpen ze ook bij het organiseren daarvan, we regelen afspraken en begeleiden onze cliënten daar. Die intensievere mobilisatie van de sociale omgeving is dus heel fijn voor de cliënt. En ook het netwerk zelf vindt het prettig om de ander te helpen.” |
|
|
|
|
|
|
 |
|
|
